Emotionele gezondheid wordt nog te vaak vergeten door werkgevers
-
Eén op de drie vitaliteitsprogramma’s heeft geen aandacht voor emotionele gezondheid
-
Werkgevers zien niet altijd hun rol en verantwoordelijkheid
Rotterdam, 19 februari 2020 – Hoewel steeds meer organisaties investeren in een corporate vitaliteitsprogramma, blijft aandacht voor emotionele gezondheid nog te vaak een ondergeschoven kindje. Maar liefst 29% van de vitaliteitsprogramma’s van de werkgevers in het westen van Europa laat emotionele gezondheid buiten beschouwing. Daarmee scoren werkgevers in deze regio gemiddeld slechter dan in de meeste andere gebieden. Gelijktijdig ziet 86% van de werkgevers emotionele gezondheid wel als één van de drie belangrijkste onderdelen als het gaat om de vitaliteit van medewerkers.
Dat blijkt uit de Emotional Health Survey van Aon, wereldwijd dienstverlener op het gebied van risico-, pensioen- en gezondheidsoplossingen. Voor het internationale onderzoek werden 168 HR-professionals van organisaties met een hoofdkantoor in tien landen ondervraagd. Ruim de helft van deze organisaties heeft meer dan 10.000 medewerkers. Het totale onderzoek omvat 2,7 miljoen werknemers.
Rol en verantwoordelijkheid van de werkgever
Werkgevers zien niet alleen het belang van emotionele gezondheid, 85% vindt ook dat zij in het algemeen een belangrijke rol spelen als het gaat om de emotionele gezondheid van hun medewerkers. Welke rol dat precies is en in welke situaties er een verantwoordelijkheid voor de werkgevers is weggelegd, verschilt nogal. De meerderheid (64%) vindt dat de werkgever in het algemeen een dagelijkse educatieve rol heeft en/of laagdrempelige ondersteuningsprogramma’s moet aanbieden.
Vooral als het gaat om stress zijn werkgevers het meest geneigd om in meer of mindere mate hun rol te pakken (91%). Meer dan de helft (54%) wil hierin ook flink investeren. Als het gaat om ondersteuning bij relatieproblemen zijn werkgevers een stuk minder bereidwillig: 44% van de werkgevers in het westen van Europa ziet hierbij überhaupt geen rol of verantwoordelijkheid voor de werkgever. “Een opvallend verschil, zeker wanneer je bedenkt dat dit soort problemen juist veel impact kunnen hebben op de vitaliteit van medewerkers”, zegt Bas van der Tuyn van Aon.
Kennis en begrip emotionele gezondheid
Of organisaties nu wel of geen corporate beleid hebben op emotionele gezondheid, de overgrote meerderheid (81%) verwacht sowieso dat dit onderwerp binnen nu en drie jaar meer prioriteit krijgt. Daar ligt dus een inhaalslag voor veel werkgevers, maar de vraag is of zij weten wat er precies onder emotionele gezondheid wordt verstaan. Daarover moeten de respondenten ook eerlijk zijn; één op de drie denkt dat het management in het westen van Europa niet helemaal weet uit welke componenten emotionele gezondheid bestaat en 15% denkt zelfs dat er onvoldoende kennis is. Dezelfde onwetendheid zien we terug bij de medewerkers zelf, waar liefst 66% onvoldoende weet heeft van emotionele gezondheid. Van der Tuyn: “Een succesvol vitaliteitsbeleid valt of staat bij een integrale benadering. Naast fysieke gezondheid, is financiële, sociale, professionele en dus ook emotionele gezondheid van belang. Elk van deze pijlers is even belangrijk en verdient aandacht om erachter te komen uit welke componenten ze bestaan.”